Een zachte ‘plop’: dat was dan de kanonslag, de hardste legale knaller van Nederland
5 februari 2020De vuurwerkbranche voelt zich zwaar gedupeerd door de uitbreiding van het vuurwerkverbod. De dag voor het Kamerdebat laten de ondernemers op het Malieveld in Den Haag het verschil horen tussen nu nog legale en altijd al illegale knallers. Het verbieden van de eerste vinden ze onzin. Maar volgens critici gaat het verbod niet ver genoeg.
De lont gaat aan, nog een paar seconden wachten, en dan… een zachte ‘plop’. Dat was dan de kanonslag, de hardste legale knaller van Nederland. Organisator Frits Broks kan een lach niet onderdrukken – vlak ervoor waarschuwde hij het publiek met een knipoog voor de naderende knal. ‘Het stelt echt niets voor.’
Op dat moment suizen de oren nog na van een ‘Cobra 6’, waarvan de knal wel wordt vergeleken met die van een kleine handgranaat. Pas na een seconde of vijf sterft de echoënde dreun van de explosie weg op een winderig en regenachtig Malieveld. Ziedaar het grote verschil tussen het soort vuurwerk dat nu al verboden is en de kleinere knallers als de kanonslag die, als het aan het kabinet ligt, nog voor de komende jaarwisseling in de ban worden gedaan – maar waarom eigenlijk?
Voor een antwoord op die vraag tast de Vuurwerkfederatie in het duister. Om te demonstreren hoe onschuldig het nu nog legale vuurwerk is in vergelijking met het illegale geschut geeft het verbond van vuurwerkliefhebbers dinsdagmiddag een bescheiden vuurwerkshow weg in Den Haag. Tientallen journalisten, vuurwerkondernemers, sympathisanten en op gratis vermaak afgekomen scholieren kijken van achter rood-wit lint toe hoe pyrotechnici (die het zware spul wel mogen hanteren) de ene na de andere lont aansteken.
Geld van levensbelang
Zulk vuurwerkonderricht is in Nederland hard nodig, zegt Dennie van Herwijn, een vuurwerkverkoper uit Zoetermeer die meehelpt op het Malieveld. ‘Legaal vuurwerk knalt helemaal niet hard. Het probleem is het illegale vuurwerk, maar het lukt de politie nu al niet om daarop te handhaven. Hoe moet dat straks wel lukken?’
Dat geluid klinkt tussen de knallen van Cobra’s, kanonslagen en Chinese rollen door vaker: het kopen van illegaal vuurwerk in Duitsland en België, het vuurwerk dat hulpverleners in grote moeilijkheden brengt, voorkom je niet door alle knallers en vuurpijlen te verbannen. Het jaarlijkse oogletsel noemt Van Herwijn ‘triest’. Maar: ‘die mensen hadden geen vuurwerkbril op. Dat moet wel.’ Daarom krijgen alle toeschouwers een bril, al is dat gezien de ruime afstand tot de knalsalvo’s eerder een gimmick.
Hij staat er vandaag ook voor zijn eigen hachje. Zonder de jaarlijkse vuurwerkopbrengst kan hij zijn wandelsportzaak naar eigen zeggen opdoeken. ‘Het is 20 procent van mijn jaarlijkse inkomsten, van levensbelang dus.’
Hoewel het Malieveld tien minuutjes lopen is van het Binnenhof, zijn er nauwelijks Kamerleden op de demonstratie afgekomen. Alleen VVD en PVV stuurden afgevaardigden – een magere score, vinden de vuurwerkvoorstanders. ‘Ze moeten wel hun huiswerk doen’, bromt Ricardo Nielsen, die een vuurwerkpunt runt in Schiedam. Alsof de Kamer het verschil tussen legaal en illegaal niet wíl weten.
Halfbakken oplossing
Een uur later hebben Esther Ouwehand en Jesse Klaver, partijleiders van respectievelijk Partij voor de Dieren en GroenLinks, op het kamertje van Klaver hun verweer klaar. ‘Druk met de stikstofproblematiek’, zegt Ouwehand. Klaver: ‘Het kabinet doet niks, wij moeten al het werk doen.’
Ze waren vermoedelijk ook niet wijzer geworden van de demonstratie. Voor het groene duo is afrekenen met al het geknal onvermijdelijk bij het oplossen van de oudejaarschaos. Alsof iedere agent in staat is om van een afstandje te horen of een knal legaal of illegaal is. Ouwehand: ‘Als je alles verbiedt, mag je niet met vuurwerk rondlopen. Dus ook niet met Cobra’s. Dat gaat volgens de politie enórm helpen in de handhaving.’
Maar Klaver en Ouwehand willen verder gaan dan het kabinet, dat alleen knalvuurwerk en vuurpijlen wil verbieden. Woensdag, rond het Kamerdebat over het kabinetsplan, presenteren ze hun eigen wetsvoorstel om alles wat zwaarder is dan sterretjes in de ban te doen. Dus ook het siervuurwerk, dat het kabinet juist wil sparen. Uitzonderingen zijn mogelijk voor Klaver en Ouwehand, maar alleen na goed overleg met onder andere de politie, de brandweer en de Dierenbescherming. ‘Eigenlijk moet er niets op zo’n positieflijst komen’, zegt Klaver. ‘Maar wij willen dit aan een meerderheid helpen en zijn niet blind voor de geluiden van de andere partijen die de traditie in stand willen houden.’
Hij en Ouwehand kunnen rekenen op de steun van onder meer de politiebonden, het Oogfonds en de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde. Het plan van het kabinet is volgens Klaver dan ook ‘minder dan een halfbakken oplossing’: de politie blijft moeite houden met handhaven en juist het siervuurwerk veroorzaakt volgens oogartsen meer dan de helft van al het oogletsel.
Maar zit een meerderheid er wel in, nu de coalitiepartijen zich vermoedelijk achter het kabinetsplan gaan scharen? ‘Er is niets over afgesproken in het regeerakkoord, dus ik hoop dat ze dit als een vrije kwestie behandelen’, zegt Klaver. ‘Het is vrij cynisch wat ik nu zeg, maar als het dit jaar niet lukt een meerderheid te halen, ben ik bang dat het volgend jaar wel lukt. Want dan gaat het niet beter worden bij de komende jaarwisseling.’