Vuurwerkverbod? Verkoper Jos Harmelink uit Enschede vindt compensatie op zijn plaats

Vuurwerkverbod? Verkoper Jos Harmelink uit Enschede vindt compensatie op zijn plaats

6 februari 2020 Uit Door Arjan

ENSCHEDE – Het verbod op knalvuurwerk en vuurpijlen dat komende jaarwisseling al ingaat, treft rijwielhandelaar Jos Harmelink uit Enschede financieel hard. „Door de verkoop van vuurwerk kon ik altijd iedereen in de wintermaanden in dienst houden. Nu moet ik creatief zijn.”

„Kijk, dit heb ik nog liggen”, zegt Jos Harmelink als hij tussen de fietsen door naar twee afgesloten ruimten loopt. In de veredelde bunkers liggen in een zo brandveilig mogelijke omgeving tientallen dozen vuurwerk opgestapeld. „Bijna allemaal siervuurwerk. Een kleine hoeveelheid bestaat uit rotjes. Die zal ik straks niet meer kunnen verkopen.”

Totaalverbod

Met die woorden reageert Harmelink, rijwielhandelaar en vuurwerkverkoper aan de Deurningerstraat in Enschede, op het nieuws dat het kabinet al rond komende jaarwisseling de verkoop en het afsteken van knalvuurwerk en vuurpijlen wil verbieden. Wat de ondernemer deze dinsdag tijdens een rondleiding door zijn zaak nog niet weet, is dat de vuurwerktraditie misschien wel volledig aan banden wordt gelegd. Dat is de vurige wens van burgemeester Onno van Veldhuizen als voorzitter van het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Twente. Het pleit in een brief aan minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid voor een totaalverbod op consumentenvuurwerk.

‘Groot probleem’

„Als dat echt doorgaat”, zegt Harmelink woensdag na het lezen van de krant met de alarmerende kop ‘Burgemeesters willen geen vuurwerk meer’, „dan hebben we als branche en verkopers echt een groot probleem. Het niet mogen verkopen van knalvuurwerk en pijlen scheelt natuurlijk al enorm in de omzet, maar alles verbieden… daar moet ik  even niet aan denken. We moeten het afwachten.”

Het vuurwerk zorgde ervoor dat ik twee man in de winter gewoon in dienst kon houden. Jos Harmelink, vuurwerkverkoper

Helft van omzet

De verkoop van vuurwerk is voor Harmelink al jarenlang veel meer dan een prettige bijverdienste naast de verkoop en reparatie van fietsen. „Vuurwerk is de helft van mijn omzet, het is fiftyfifty, schat ik. De verkoop van vuurwerk maakt dat ik twee man personeel ook in de wintermaanden in dienst kan houden, als de tijd voor fietsen slap is. Hoe dat straks bij een verbod gaat? Dat wordt een kwestie van creatief zijn.”

Harmelink is als ondernemer veel tijd kwijt aan het vuurwerk. „Het is veel meer dan die drie dagen voor oud en nieuw”, zegt hij over de verkoop, waarvoor hij traditiegetrouw de halve zaak ontruimt. Vele tientallen rijwielen maken dan plaats voor vitrines en een metersbrede toonbank vol vuurwerk. „Ik schat dat ik er vanaf augustus mee bezig ben, met het bezoeken van shows en het vormen van de voorraad. Ik denk dat ik net zoveel tijd aan vuurwerk besteed ,als dat ik mij met de fietsen bezighoud.”

Veiligheid

En vergeet de veiligheid niet. Harmelink heeft er oneindig veel tijd én geld in gestoken. Hij staat bij een sprinklerinstallatie en zegt: „Dit was een jaar of vijftien geleden een investering van 50.000 euro.  Hieronder”, zegt hij, wijzend op de vloer, „zit een waterreservoir waarmee je een zwembad zou kunnen vullen. Voor het geval er brand ontstaat. Zou ik dit nu nieuw moeten aanleggen, met sprinklers door de hele winkel, dan ben ik denk ik 65.000 euro kwijt. Het moet ook steeds vernieuwd en onderhouden worden. Ook een kostenpost van 1500 euro per jaar.”

Harmelink klaagt er niet over. „Het is terecht dat er strenge veiligheidseisen zijn. Iedere maand check ik via een logboek of alles nog naar behoren werkt, dan loop ik alles na alsof er echt brand is uitgebroken.” Ook anderen zijn waakzaam. „Als hier de stroom uitvalt, dan gaat een minuut later de telefoon. Dan kun je de klok erop gelijk zetten: dan vraagt het beveiligingsbedrijf of alles in orde is.”

Tegemoetkoming

Het roept de vraag op of Harmelink en collega-vuurwerkverkopers in het geval van een (totaal)verbod gecompenseerd moeten worden. Is een financiële tegemoetkoming redelijk, voor omzetverlies en investeringen die nutteloos zijn geworden? Of geldt hier het ondernemersrisico? „Al die veiligheidsvoorzieningen hebben we van de overheid moeten aanleggen. Daar hoor je mij niet over. Maar als dezelfde overheid nu ineens met een verbod komt, dan lijkt me een vorm van compensatie niet onredelijk.”

Handhaven

Hij zit, net als veel anderen, met het punt van de handhaving en de vraag wat er dient te gebeuren met het illegale vuurwerk en de verkoop in de Duitse grensstreek. „Die gaat gewoon door. Dan zouden er dus eigenlijk grenscontroles ingesteld moeten worden. Men had jaren geleden al werk moeten maken van een strakke handhaving. Dan zou het allemaal niet zo uit de hand zijn gelopen.”

BRON